Update proeftuinen en studies
Wij zijn volop bezig met studies en proeftuinen waarin we het gebruik van viQtor toetsen voor een specifieke doelgroep; in een specifieke situatie, samen met klinische partners. Daar komt zeer waardevolle informatie uit op basis waarvan wij viQtor verder kunnen doorontwikkelen en op basis waarvan de klinische partners een beter beeld krijgen van hoe en waar monitoring toegevoegde waarde kan bieden in hun operationele processen en voor hun patiënten doelgroep(en).
Studie COPD patiënten bij de huisarts
In april hebben wij een studie afgerond met huisartsenpraktijk Meuwissen van Ballegooijen’ in Wageningen. De resultaten van deze studie worden op dit moment geanalyseerd.
In deze studie werden vijf COPD-patiënten in hun thuisomgeving acht weken gemonitord met viQtor met als doel om gezondheidsverslechtering te detecteren. Gedurende deze studie werden de volgende vitale functies continue gemeten: SpO2, hartslag, huidtemperatuur en activiteit. Daarnaast werd wekelijks de CCQ (COPD Control Questionnaire) afgenomen en werden veranderingen in medicatiegebruik bijgehouden. Zo konden de subjectieve gegevens (hoe de patiënt zich voelt) vergeleken worden met de objectieve gegevens (de gemeten vitale waarden). De onderzoeksvraag van deze studie was of bij COPD-patiënten gezondheidsverslechtering gedetecteerd kan worden met de viQtor voordat zij zich daadwerkelijk ziek voelen, bijvoorbeeld door een daling van het Spo2 in combinatie met een stijging van de hartslag. Dit is belangrijk omdat verdere gezondheidsverslechtering bij COPD-patiënten kan leiden tot een ziekenhuisopname, wat uiteindelijk leidt tot meer ongemak voor de patiënt en hogere zorgkosten.
Eerste uitkomsten
Tijdens de studie hebben 2 van de 5 deelnemende patiënten een infectie opgelopen.
Voor de studie uitkomst zeer interessant of en in welke vorm en mate dit zichtbaar is in de gemeten vitale waarden van deze patiënten.
De eerste uitkomsten laten zien dat de variabiliteit van SpO2 toeneemt bij verslechtering van de conditie of gezondheid van deze patiënten. Ook zagen we dalingen in SpO2-waardes. Bij een andere patiënt werd een lagere SpO2-waarde gemeten in de nacht mogelijk duidend op slaapapneu. Deze patiënt wordt nu doorgestuurd naar een slaapcentrum om hierover duidelijkheid te krijgen.
We kunnen op basis van deze kleine groep patiënten geen harde conclusies te trekken maar de resultaten zijn toch veelbelovend.
Vervolgstudies
Wij zijn op dit moment meer en grotere studies aan het opstarten met academische partners zoals Radboudumc (Nijmegen), LUMC (Leiden), ErasmusMC (Rotterdam) en mogelijk ook UMCG (Groningen) waarin wij nieuwe onderzoeksvragen zullen toetsen. Op die manier werken wij aan klinische validatie van het gebruik van viQtor voor diverse usecases (patiëntgroepen in bepaalde situaties) in de praktijk.
Daarover volgende keren meer.